Guus Brand
Het oorlogsverhaal van Guus Brand: "De toestand van ons gezin was eind 1944 verre van rooskleurig. Vader werkte op kantoor in Amsterdam. Sinds de spoorwegstaking van 17 september reden er geen treinen meer, dus fietste hij op maandagmorgen van Bussum naar zijn werk in de hoofdstad en overnachtte daar bij familie; op zaterdagmiddag kwam hij weer thuis. Moeder was hartpatiënt en heel zwak, dus deden mijn zus (14) en ik (9) veel in de huishouding".
Gaarkeuken
"Daarbij hoorde ook: eten halen bij de gaarkeuken, in de rij staan bij de groenteboer (als er eten te koop was) en samen in het donker boompjes omzagen – dat was streng verboden --voor het noodkacheltje. ’s Avonds zaten wij, mijn zus Rie en ik (foto boven) bij een klein lichtje: een pitje op een fles met petroleum of een fietslampje; je moest dan wel het wiel laten draaien zodat de dynamo kon werken. De winter was koud en donker, dus vroeg naar bed onder erg zware gestikte dekens en ’s morgens wakker worden met de ijsbloemen op de ramen. Op school zat je met je jas aan en de meester stookte de kachel van meegebrachte briketten en stukken hout. We aten suikerbieten en bloembollen en smerig grijs brood", aldus Guus 75 jaar later.
Bommenwerpers
Guus (foto rechts: Guus nu) vervolgt zijn verhaal: "Andere gezinnen hadden het natuurlijk net zo erg, maar als kind wen je overal aan. Maar bang was je wel als ’s nachts de bommenwerpers overkwamen op weg naar Duitsland en als de Duitse militaire goederentreinen gillend de overweg passeerden omdat de spoorbomen openbleven vanwege de staking. Alle ouders, en zeker de onze, zullen zich veel zorgen gemaakt hebben".
Naar Friesland
"De nood van de bevolking tijdens de hongerwinter ging ook de kerken ter harte. Het Interkerkelijk Overleg (IKO)regelde voor kinderen uit het Gooi vervoer naar Friesland, waar nog eten was. Mijn zus schreef een brief of wij ook mee mochten. Je moest wel voor een keuring naar een dokter, niet je huisarts. Wij mochten gelukkig mee; moeders gezondheidstoestand zal wel een grote rol hebben gespeeld.
We vertrokken op een zaterdagmiddag, half februari 1945 vanaf een verzamelpunt in Bussum met platte wagens (met paarden!) naar de haven van Huizen en vandaar per schip over het IJsselmeer naar Friesland. Het was een tocht om nooit te vergeten: het ruim van het schip was bedekt met stro, daar lag je op. Bij het zwakke licht van een lamp ging voor het slapengaan ook nog de po rond! En als je nooit hebt gevaren is het deinen op de golven best eng. De volgende morgen waren we in Bolsward. Daar werden we opgevangen in de bibliotheek, we kregen er soep en brood. Toen weer verder op boerenwagens naar Sneek".
Bij de Martinikerk in Sneek (foto rechts) werden alle kinderen verdeeld en gingen ze met hun pleegouders mee naar huis. Mijn zus kwam in huis bij de fam. de Boer vlak bij de Waterpoort. Ik kwam terecht bij oudere mensen, de fam. de Rapper op de Kerkgracht. We gingen meteen aan tafel en ik werd met de beste bedoelingen volgestopt met veel te zwaar en te vet eten. Dat is mij niet best bekomen...", aldus Guus
Bij de familie Rapper
Guus vervolgt: "De opvang van de kinderen was kennelijk goed georganiseerd, want ik herinner me dat ik vrij snel weer op school zat. Het was niet moeilijk de weg in Sneek te vinden en er was voor een kleine jongen veel te zien. Op het grote plein bij de brandweerkazerne stonden de vrachtrijders die mensen en goederen vervoerden naar omliggende plaatsen. In een muziekwinkel zat een blinde meneer piano te spelen. Ik mocht al snel boodschappen doen in het kaaswinkeltje van Sybrandi. De naam alleen al maakte het spannend. En ik ging op zondag braaf met de familie Rapper (foto rechts)mee naar de prachtige Martinikerk".
Zondagschool
"Op zondagmiddag moesten we naar de zondagsschool waar nog veel meer Gooise kinderen kwamen. Ik kende er verder niemand. Als er al andere Bussumse kinderen waren: ik kende er geen een van, maar op school was ik al gauw bevriend met een zoon van Ds. Guillaume, tenminste, ik kwam er wel eens over huis. En voor na schooltijd kreeg ik van ‘opa’ de Rapper een hengel. Helaas vond ik het eng om het gevangen voorntje van het haakje te halen, dus vissen werd het niet".
Podcast
Van het oorlogsverhaal van Guus Brand is een podcast gemaakt,
die te beluisteren is door op het WarTalk-logo te klikken.