Direct contact? Mail ons: info@oorlogsverhalen.com

Home > Namen > Harry Koopman

Harry Koopman

Het oorlogsverhaal van Harry Koopman (91 jaar), opgetekend door zijn dochter Nettie Koopman. Hij maakte als jongetje de Tweede Wereldoorlog mee in Amsterdam en daarna in Noord-Nederland. Hieronder een samenvatting van zijn verhaal.

Harry Koopman (foto rechts: Harry nu) wordt in 1930 in Amsterdam geboren in de Louis Bothastraat in de Transvaalbuurt, die tijdens de Tweede wereldoorlog bekend staat als 'het Tweede Jodenkwartier'. Het gezin is niet rijk: vader heeft TBC en daardoor leeft het gezin van 'de steun' en de -schamele- inkomsten van de twee oudste kinderen. Moeder verdient wat bij door bij mensen de was te doen. Het gezin telt in totaal zes kinderen. Harry Koopman vertelt:
" Wij slapen met zijn vieren in een tweepersoonsbed. Als er dus één gaat zitten, moeten ze allemáál gaan zitten en ontstaat er altijd een knokpartij. De ruimte in huis is beperkt, want er zijn maar drie slaapkamers. Eén voor vader en moeder, één voor mijn oudste broer (die heeft vreselijke zweetvoeten en het kamertje is heel klein) en één waar wij in slapen. Zoals gezegd met zijn vieren in een bed en dan staat er, in dezelfde kamer, nog een 1-persoonsbed voor mijn zuster. Veel privacy is er niet maar wij zijn eraan gewend en het is lekker warm".

Oorlog

Als de oorlog uitbreekt, is Harry 10 jaar. Hij en zijn broertjes reageren op de mededeling van hun vader dat het oorlog is, alsof het iets spannends is waar je als jochie toch echt bij moet zijn!
Al snel wordt Harry met zijn neus op de feiten gedrukt: zijn vriendjes moeten een 'J' zichtbaar op hun kleding dragen, stamkaarten en voedselbonnen doen hun intree.

Jodenvervolging

Er wordt gesproken over 'deportatie' en  ineens komen buren niet meer thuis. Harry Koopmans kan het zich nog goed herinneren. Hij vertelt:
"Wij woonden in de Transvaalbuurt in Amsterdam, wat ze later het tweede getto zijn gaan noemen omdat er zoveel joden woonden. In onze straat, de Louis Bothastraat (foto rechts), waren zo’n 17 portieken met ieder 8 woningen: zo’n 136 gezinnen. (-) Buurman Querido en zijn broer komen opeens niet meer thuis. Ze zijn verdwenen. Bij een razzia op het Waterlooplein, zegt men. We horen de hele nacht buurvrouw Querido gillen als een dier in doodsnood". (-) "In de hele straat woonden maar om en nabij  8 niet-Joodse gezinnen. De anderen waren joods en die zijn allemaal weggevoerd naar concentratiekampen", aldus Harry Koopman.

Demonstratie en vechtpartij

Harry kan zich nog een ander voorval goed voor de geest halen: 
"Er is opeens een vreselijk rumoer in de straat (foto rechts Transvaalbuurt tijdens WO2). De joden gaan Mussert begraven. Ik snap er niets van. Hebben ze die dan te pakken gekregen? “Nee”, zegt vader, “dat doen ze symbolisch”. Dat maakt het nog onbegrijpelijker maar ik sta stokstijf voor het raam om niets te missen. En ja, er verschijnt een stoet van joden in kaftans en behangen met gebedsriemen. Voorop dragen ze een doodskist met daarin, er zit geen deksel op, een strooien pop. Ze zingen een monotoon lied en het doet griezelig aan. Maar opeens verandert het toneel in een enorm kabaal. De Grüne Polizei is verschenen en slaat erop los.
Mijn zus Hennie, die ook voor het raam stond, rent opeens naar beneden en mengt zich op het Krugerplein in de strijd. We zien haar pas veel later bont en blauw geslagen terug. Met een boete van vijftig gulden en de gekregen belofte dat ze nooit meer thuis zou komen als ze het ooit weer zou wagen joden te helpen. Ze zei dat ze had gezien hoe die moffen een halfblinde buurman in elkaar sloegen die met zijn blindenstok in het rond zwaaide. Ze was behoorlijk afgerost maar vader zei dat ze werd bedankt want hoe moesten we aan vijftig gulden komen bij een steunuitkering van ƒ 8,50 per week? Ik vond dat ze een heldendaad had verricht en Hennie heeft haar hele verdere leven gestreden voor de armen en de onderdrukten" aldus Harry Koopman.

Honger

Harry vervolgt: "Het is intussen begin 1944 en de hongerwinter komt eraan. Dat wisten we toen natuurlijk niet en al helemaal niet dat het nog erger zou worden dan het al was. Honger was een dagelijkse metgezel en er gingen mensen dood op straat. Die werden dan in zakken gedaan en naar de Oude Kerk gebracht om vandaar uit te worden begraven. Ik ben er wel gaan kijken, maar durfde niet te dicht in de buurt te komen, voor de dood moest je wel op je hoede zijn".

Kou 

Over de hongerwinter vertelt Harry ondermeer ook: "Onze buurt is helemaal leeg en we slopen alles wat aan hout los en vast zit uit de ontstane puinhopen. Maar er is geen beginnen aan, we teren weg van de kou en de honger".

Transport naar Leeuwarden

Tijdens de hongerwinter krijgt Harry de kans om mee te gaan met een baby-transport naar Leeuwarden. Hij was nodig om de houtgestookte gasinstallatie van de auto te bedienen ( foto rechts: houtgas installatie op auto WO2). Daarvoor was een heel magere, kleine jongen nodig. Harry vertelt:
"Ik moest me melden in de Jan Luijkenstraat, waar een auto met een huifkar als aanhanger gereed staat. Er was allang geen benzine meer maar auto's reden op gas dat in een op de auto gemonteerde generator werd gestookt. Men had een kleine jongen nodig om de houtblokjes te stapelen waarop de installatie werd gestookt. Dat was ik en ik heb het geweten.(-) In de huifkar had men baby’s tot één jaar neergelegd. Die zouden in Leeuwarden bij mensen worden ondergebracht. Na een reis van drie dagen, over de Afsluitdijk, kwamen wij diep in de nacht in Leeuwarden aan", aldus HarryKoopman
Deze reis heeft geresulteerd in een bijna anderhalf jaar durende zwerftocht in Noord-Nederland van het ene huis naar het andere .

Naar huis

Na de bevrijding van West-Nederland probeert Harry naar huis in Amsterdam te komen. Met veel hulp van Canadese bevrijders gaat hij uiteindelijk per auto naar Amsterdam, waar hij een volkomen verlaten Louis Bothastraat aantreft. Portieken en woningen zijn ontdaan van alles wat kan branden, vrijwel alle woningen zijn onbewoond. Zijn ouderlijk huis aan de Louis Bothastraat is nog één van de weinige waar een voordeur in zit... (Foto rechts: vernielde huizen aan de Louis Bothastraat, juli 1945)

 


Het hele verhaal

Het hele verhaal met de belevenissen van Harry Koopman in de Tweede Wereldoorlog, zoals zijn dochter dit heeft opgeschreven, is te lezen door op onderstaande button te klikken

Terug naar het overzicht