Direct contact? Mail ons: info@oorlogsverhalen.com

Home > Namen > Ria Beekman-Schox

Ria Beekman-Schox

Ria Beekman-Schox is geboren in 1935 in Rotterdam. In 1943 overleefde zij en haar ouders het zogenaamde vergissingsbombardement van Rotterdam van de wijk Tussendijken. Hun huis werd verwoest. Ze is tijdens de oorlog twee keer op kindertransport geweest, onder andere in de hongerwinter.

Ria heeft 75 jaar na de bevrijding haar verhaal gedeeld met de Stichting Oorlogsverhalen. Dit is haar relaas:
"Tijdens de oorlog ben ik 2 keer met kinderuitzending geweest, georganiseerd door de parochie en 1 keer bij mijn broer achterop de fiets naar Grootebroek. In 1941,ging ik voor een bepaalde periode naar Cuyk, daar aangekomen werd je verdeeld over de inwoners. Ik kwam in een huis met een grote tuin, mijn ouders woonden 2 en 3 hoog. Ik ging naar school en deed mijn communie. Na 6 weken kwam ik thuis" .

Vergeten bombardement

"In 1943 werd ons gezin bij wat later is gaan heten 'Het Vergeten Bombardement' in Rotterdam-West de wijk Tussendijken getroffen. De geallieerde vliegtuigen vlogen zo laag tussen de huizen door dat je de piloten zag zitten. Mijn moeder gilde: "van het raam af!" en op dat moment vielen de brand bommen. Het werd grijs en je werd de kamer door gezogen naar achteren. Toen de lucht weer gewoon was zag je dat alles, echt alles, kapot was en of ergens anders stond.
We moesten er zo gauw mogelijk uit. Gelukkig was de trap nog begaanbaar. Mijn moeder, die noodkoffertjes klaar had staan, had  geen tijd meer om ze mee te nemen: ze zijn allen verbrand. Met moeite de trap af. De straat op en niet voor te stellen waar je liep op straat. De overkant was helemaal weg. Op straat lagen witte doeken. Later begreep ik dat daaronder slachtoffers lagen". 

Brandende tram

"We moesten voorbij een brandende tram via een zijstraat naar de havens. Het bombardement had de havens moeten treffen, maar niet een woonwijk. De bommen waren door de geallieerde vliegtuigen slordig gegooid...
Het lopen door die zijstraat, vergeet ik nooit meer. Het was een kolkende, brandende massa. De vlammen vlogen van links naar rechts. Bij de haven stonden vrachtwagens met banken klaar, die je op verzoek ergens naar toe brachten.
Mijn vader was op zijn werk en hoorde dat de Schiedamse weg gebombardeerd was. Hij ging er direct naar toe, maar moest van een afstand toekijken hoe alles kapot was en in de fik stond. En hij wist niet of wij veilig waren. Gek, dat wij daar later nooit over gepraat hebben.
En toen naar oma, maar daar was te weinig plaats. Daarom werd ik naar de gemeente Hank gestuurd. Dus weer op kindertransport. Ik weet nog dat de mensen op een echte boerderij woonden".

Leeggeroofd huis

"Via de gemeente kregen mijn ouders een huis aangewezen in de Hondiusstraat. Dit huis was totaal leeggeroofd. Later bleek dat in het huis een joods gezin had gewoond, dat bij een razzia was opgepakt. Later ben ik gaan vragen wie er in dat huis gewoond heeft. Via het O.V.M. Rotterdam heb ik antwoord gehad. Het was het gezin Lion, dat in april 1943 vermoord is in Sobibor". 

Hongerwinter

"Het was wennen in een ander huis. Er brak een nare tijd aan. De laatste oorlogsjaren waren bijzonder zwaar. Er was weinig voedsel en brandstof in de hongerwinter. Voor mij was er geen school meer; die was weggebombardeerd. Ik ging met mijn zus aardappelen halen, lopend met een wagentje naar Barendrecht. Een geluk dat we niet zijn tegengehouden door de Duitsers of hun hulpen.
Bij ons in de buurt was de gaarkeuken, waar we in de rij moesten staan voor grijze soep. Thuis aten we vaak suikerbieten en bloembollen". 

Duitser begint te schieten

"Bij de mensen boven werd een baby geboren. Ik moest melk halen in de buurt bij Aurora, want daar was melk te krijgen. Ik stond met mijn pannetje in de rij. Opeens pakte een van de Duitsers, die de rij controleerde, zijn geweer en begint op de rij te schieten. Een oudere man sleurt mij ergens naar binnen en redde zo mijn leven. Het gezicht van die soldaat kan ik moeilijk vergeten. Ik kwam dus thuis zonder melk. 
's Nachts was het geluid van de Duitse V1'-raketten die over kwamen, heel indringend".

Mannen razzia's

"Eind 1944 deed zich nog een ramp voor: ineens werden er 's nachts straten afgezet. Overal stonden vrachtwagens. De Duitsers hielden "mannen razzias'. De soldaten kwamen zelfs in huis en prikten met een bajonet in de kasten, want daar kon natuurlijk iemand verborgen zitten.
Mijn vader was boven de leeftijd, mijn broer er net onder. Maar mijn broer was erg lang en moest van mijn vader onderduiken. Met een adres van een kapelaan op zak, vertrok hij op een fiets met houten banden naar Grootebroek. Ik moest mee achterop. Dit was mijn derde kindertransport". 

Doodziek

"Het was begin februari 1945, hartje winter. Bij een stop onderweg kregen wij erwtensoep,ik werd doodziek. In Amsterdam had mijn broer een adres om te overnachten. Daar heb ik dagen ziek gelegen bij lieve onbekende mensen. Na een paardagen heeft een zoon van dat gezin mij in een bakfiets naar Grootebroek gebracht. Daar kwam ik in een gezin met een klein kindje. En toen bleek dat ik geen kleren en schoenen bij me had.
Er was daar ook een meisje uit Den Haag. Er was geen school. We lummelden wat en deden voor zover dat kon, boodschappen".

De bevrijding

"De bevrijding ging langs mij heen. Ik wilde naar huis, maar met mijn 9 jaar wist ik amper dat er een thuis was. In het dorp zaten veel onderduiker. Na de bevrijding werden er transporten naar de randstad georganiseerd. Ik ging mee met een transport naar Rotterdam: in m'n eentje met een bundeltje in een vrachtauto op houten banken. In Rotterdam vroeg men, waar ik er uit wilde. Gelukkig wist ik mij de Lage Erfbrug en ook de Remise te herinneren. Vandaar ben ik op zoek gegaan naar onze straat. Echt, straat voor straat heb ik gezocht. Gelukkig vond ik de straat, maar welk nummer was het? Stoep op stoep af ben ik gegaan, terwijl ik naar binnen keek of ik iets bekends zag. Zo herkende ik de voorkamer: dit was ons huis. Thuis waren ze niet zo blij met mijn komst, want er was van alles nog zo weinig. Ik heb wel gedaan met allerlei straatfeesten. De oorlog was voorbij, het leven ging verder".

Ria Beekman-Schox 75 jaar later

Ria Beekman-Schox (foto rechts) is haar jeugdjaren tijdens de Tweede Wereldoorlog en de bevrijding van Nederland daarna op 5 mei 1945 nooit vergeten. 75 jaar later schrijft ze:
"Ik heb nooit meer contact gehad met de verschillende kinderopvang-adressen waar ik tijdens de oorlog heb gezeten. 
Ik denk wel dat mijn vader later een bedankbriefje heeft gestuurd".

Terug naar het overzicht